Jaarstukken 2018

Volksgezondheid

Jeugdgezondheidszorg

Met de uitvoering van de wettelijke taak Jeugdgezondheidszorg (JGZ) en het Rijksvaccinatieprogramma hebben we een bijdrage geleverd aan het gezond en veilig opgroeien van de kinderen in Utrecht.We hebben de gezondheid van de ongeveer 70.000 Utrechtse kinderen tot achttien jaar gemonitord. Gezond opgroeien is niet voor elk kind vanzelfsprekend, daarom hebben we hier extra aandacht voor. Omdat bij opgroeien veel partners betrokken zijn, werken we veel met hen samen in de stad. De JGZ draagt bij aan verschillende kernthema’s zoals het versterken van gezondheidsvaardigheden, het stimuleren van bewegen en gezond eten en het vroegsignaleren van armoede. We hebben aan vier ambities gewerkt die hierna worden toegelicht.

Gezonde start voor alle kinderen
Toegankelijke en laagdrempelige JGZ
Ook in 2018 konden alle ouders en kinderen terecht bij de JGZ voor vragen over gezondheid, groei, ontwikkeling en opvoeding. We willen dat de JGZ een zichtbare, toegankelijke en laagdrempelige organisatie is. Dit maken we mogelijk door onze huisbezoeken, (extra) contactmomenten en onze samenwerking met partners, zoals de buurtteams. In 2018 zijn we bijvoorbeeld met de voorbereidingen voor het ouderportaal gestart. Dit is een aanvullend digitaal hulpmiddel om met ouders in contact te blijven. Laagdrempelige toegang is belangrijk, omdat ouders of partners soms niet goed de weg weten naar de JGZ. Het gemiddelde cijfer dat ouders van kinderen aan de JGZ hebben gegeven in 2018 is een 8,1 (deze klantenbehoeftepeiling is ingevuld door 2.106 ouders). Eén van de ouders geeft bijvoorbeeld aan:

"Het voelt echt alsof je samen een plan maakt dat het beste is voor het kind. En veel meer het devies; 'doe wat goed voor jou voelt'. Heel prettig!"

In 2018 was er veel aandacht voor vaccinaties in de landelijke en lokale media. Landelijk, maar ook in Utrecht daalde de vaccinatiegraad licht. De vaccinatiegraad in Utrecht ligt nog boven de landelijke streefwaarde van 90%. Om meer zicht te krijgen op de beweegredenen van (groepen) mensen om al dan niet te vaccineren, hebben we de cijfers van het RIVM op wijkniveau geanalyseerd, geduid en beschikbaar gesteld op volksgezondheidsmonitor.nl. Op wijkniveau schommelt de vaccinatiegraad rond de 90%.
De gemeenteraad organiseerde een expert meeting over de vaccinatiegraad waar we een bijdrage aan hebben geleverd door te zorgen voor sprekers met expertise en het meedenken over het programma. Tijdens deze avond hebben we de nieuwe gegevens over de vaccinatiegraad op wijkniveau toegelicht.
Het kabinet besloot om alle veertienjarigen te vaccineren tegen meningokokken-infectie. In oktober 2018 hebben ruim 2.300 jongeren in de gemeente Utrecht een uitnodiging ontvangen voor de vaccinatie tegen meningokokken ACWY. Het voorlopige opkomstpercentage is 76%.

Eerste 1.000 dagen van een kind
We hebben extra aandacht besteed aan het belang van de eerste 1.000 dagen van een kind. De gezondheid en ontwikkeling van een kind voor, tijdens en na de geboorte blijkt van invloed op problemen op latere leeftijd. Minister de Jonge van VWS lanceerde hiervoor het landelijk actieprogramma kansrijke start. Samen met zeven andere gemeenten zijn we begonnen aan de uitwerking hiervan met het tweejarigleer-en verandertraject ‘Kansrijke, veilige en gezonde start’. Gezonde start is ook een speerpunt van de regionale samenwerkingspartners in de Health Hub waar de gemeente Utrecht één van de partners is. Met deze trajecten geven we de komende periode vorm aan een gezonde start op lokaal en regionaal niveau.

Versterking geboortezorgketen
De samenwerking in de geboortezorgketen is verder versterkt. In 2018 heeft de JGZ een samenwerkingsovereenkomst gesloten met het Bestuur van het Verloskundig Samenwerkingsverband rond het Wilhelmina kinderziekenhuis (Alliant geboortezorg Utrecht). Daarnaast zijn er wijknetwerken ontstaan rondom de eerste 1.000 dagen van een kind. Bijvoorbeeld in Overvecht was het netwerk betrokken bij het ophalen van verhalen van kwetsbare vrouwen en jonge moeders over hun behoefte aan zorg en ondersteuning rondom de zwangerschap. De uitkomsten hiervan zijn gedeeld met het netwerk en helpen de professionals de belevingswereld en de behoeften van de zwangere vrouw centraal te stellen in hun werk.

In 2018 hebben jeugdverpleegkundigen zwangeren die in een kwetsbare situatie zitten ondersteund door al tijdens de zwangerschap met hen in gesprek te gaan bij de vrouwen thuis door middel van prenatale huisbezoeken. Kwetsbare jonge zwangere vrouwen, die intensievere ondersteuning wilden en nodig hadden, hebben deelgenomen, of doen dat nog steeds, aan het programma VoorZorg.

Moeder-babygroepen
In 2018 zijn we verder gegaan met de Moeder-babygroepen in Overvecht als onderdeel van Versnelling Overvecht en in Kanaleneiland. De moeders ervaren deze groepen als positief. Zo zien we bijvoorbeeld dat vanuit de kracht van de groep sommige moeders een stap naar professionele hulp durven te zetten, anderen maken de stap naar taalles of een cursus en weer anderen vinden het prettig om sociale contacten te maken in de groep. Er is een vervolggroep bij de sociaal makelaars voor kinderen van vijftien maanden tot vier jaar.

Alle kinderen doen mee
Met Voor- en Vroegschoolse educatie (VVE) voorkomen en pakken we taalachterstand bij jonge kinderen aan. JGZ verzorgt de indicatie voor VVE en werkt in de toeleiding nauw samen met Spelenderwijs. In 2018 kwam ongeveer 22% van de 6.300 kinderen (=ruim 1.350 kinderen) tussen de 2,5 en 4 jaar in aanmerking voor een indicatie VVE. Zij werden overgedragen aan Spelenderwijs. Ons bereik komt op 96% (kinderen met een indicatie die ook daadwerkelijk geplaatst zijn). Verder adviseerden JGZ-professionals vanuit hun sociaal-medische expertise jongeren, ouders en scholen over de mogelijkheden om bij ziekteverzuim weer sneller naar school te gaan, door te adviseren over re-integratie op school. Wij dragen er vanuit de aanpak Utrecht zijn we samen’ aan bij dat elk gezin zich geaccepteerd en welkom voelt in de stad. Oumnia Works, Trias Pedagogica en Stichting Jongerenwerk Utrecht (JoU) droegen via opvoedtrainingen en -debatten bij aan bewustwording bij ouders van de waarde van het gesprek met hun kinderen. Bovendien was er aandacht voor het herkennen van signalen van (beginnende) radicalisering.

Aandacht voor ouderschap
We gaven in 2018 samen met partners collectieve voorlichting over onderwerpen die ouders, onderwijs, kinderopvang of zorgorganisaties signaleren of waar vragen over zijn. We maakten kennis en gezondheidsexpertise toegankelijker en droegen bij aan een sterker netwerk met ouders en professionals. Zo zijn we door het jaar heen betrokken geweest bij meer dan 200 groepsbijeenkomsten voor ouders over (op)voeding, hechting, seksuele ontwikkeling, slapen en zindelijk worden. In de Week van de Opvoeding van 1 tot 7 oktober 2018 organiseerden we acht ouderbijeenkomsten . Ook hebben we drie thema- en netwerkbijeenkomsten georganiseerd met ongeveer 250 deelnemers voor ouders, professionals en vrijwilligers over veerkracht van kinderen, jongeren en studenten, over de aandachts-ontwikkeling in de eerste levensjaren en over pubers. We zien dat er winst te boeken is door individuele ondersteuning uit te breiden met een groepsgerichte aanpak. Bijvoorbeeld bij opvoed- en ontwikkelingsvragen van ouders en kinderen, zoals rondom driftbuien bij peuters en social mediagebruik bij pubers, maar ook begeleiding en ondersteuning bij complexe echtscheidingen. In 2018 zijn we gestart met een kwartiermaker die deze ontwikkelingen actief aanjaagt. Deze zorgt ook dat er in 2019 – samen met partijen in de stad – een aantal pilots van start gaan waarbij gewerkt wordt met vernieuwende vormen van collectieve aanpak. Een ander aspect van ouderschap is het overgaan van partnerschap naar ouderschap. De geboorte van een kind is vaak een ingrijpende verandering in het leven van jonge ouders. Om hen hierbij te ondersteunen, hebben we meegedaan aan een onderzoek van de Vrije Universiteit van Amsterdam. Hierbij bood de jeugdarts of -verpleegkundige in een aantal wijken een online ouderschapscursus aan jonge ouders aan. De aanleiding hiervoor was het percentage scheidingen in Utrecht dat boven het landelijk gemiddelde ligt. De eerste resultaten van het onderzoek zijn positief.

Samenwerking met partners
JGZ kan problemen in een vroeg stadium signaleren en zorgen voor een aanpak om daarmee zwaardere zorg te voorkomen. Als er toch meer of andere zorg nodig was, hebben we doorverwezen naar bijvoorbeeld het buurtteam, medische of aanvullende zorg. We hebben daarvoor de samenwerkingtussen buurtteam, huisarts, school en JGZ nog verder geïntensiveerd. Met de buurtteams Jeugd en Gezin en de betrokken ouders en kinderen hebben we bijvoorbeeld een toenemend aantal gezamenlijke gesprekken gevoerd. Op stedelijk niveau en in de wijken hebben we bijeenkomsten met de partijen in de basiszorg (JGZ, huisarts en buurtteam) georganiseerd. We leren elkaar zo beter kennen en we evalueren processen en voorkomende gevallen. Hierdoor kunnen partners elkaar beter vinden en de zorg voor het gezin beter gezamenlijk oppakken, zodat gezinnen minder ‘van de één naar de ander’ gaan.

Arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt voor jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen is krap. In 2018 hadden we hier aandacht voor. We waren voortdurend actief met wervingvan bekwaam en bevlogen personeel en hebben gewerkt aan bekend worden bij potentiële werknemers en het creëren van aantrekkelijke werkomstandigheden.