Effectdoelstelling
Minimaal voldoen aan de wettelijke EU-normen voor fijn stof en stikstofdioxide
De doelstelling is bereikt. De landelijke Monitoringsrapportage laat zien dat er voor het jaar 2017 in Utrecht geen overschrijdingen meer optreden van de EU-grenswaarde voor stikstofdioxide en dat er nog zeven potentiële overschrijdingen waren van de EU-grenswaarde voor stikstofdioxide. Er waren geen (potentiële) overschrijdingen van de EU-grenswaarden voor fijnstof (PM2,5 en PM10). Ook voor 2018 verwachten we dat we aan de EU-grenswaarden voldoen.
Jaarlijks verschijnt medio november/december een landelijke rapportage over het voorgaande jaar. De gegevens over de luchtkwaliteit in 2018 komen dus pas in de tweede helft van 2019 beschikbaar. Uit de
landelijke Monitoringsrapportage Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit 2018 komt naar voren dat landelijk de gemiddelde concentraties stikstofdioxide in 2017 licht zijn gedaald. De concentraties fijnstof bleven in 2017 in Nederland nagenoeg gelijk aan die van 2016.
In Utrecht is een licht afwijkend beeld zichtbaar. Uit de gemeentelijke monitoringsrapportage komt naar voren dat in 2017 de berekende gemiddelde concentraties stikstofdioxide, fijnstof (PM10 en PM2,5) en EC licht zijn gedaald ten opzichte van 2016. De verwachtingen zijn dat de concentratie stikstofdioxide voor de toekomst ook een dalende trend zal vertonen, maar dat de concentraties fijnstof stagneren en op korte termijn niet verder zullen afnemen.
In 2017 bedroeg de grootschalige achtergrondconcentratie voor fijnstof (PM10) in de gemeente
Utrecht 19,1 μg/m³, licht onder de WHO-advieswaarde van 20 μg/m³. De berekende concentraties langs
(drukke) wegen in de gemeente Utrecht zijn vrijwel allemaal hoger dan de WHO-advieswaarde, tot
maximaal circa 22,4 μg/m³. De grootschalige concentratie voor fijnstof (PM2,5) in de gemeente bedroeg in 2017 11,82 μg/m³, circa 2 μg/m³ boven de WHO-advieswaarde van 20 μg/m³.
Momenteel wordt gewerkt aan een nieuw maatregelpakket met luchtmaatregelen waarmee inhoud kan worden gegeven aan de opdracht uit Motie 2015/78. Hierin wordt het college opgedragen te streven naar voortdurende verbetering van de luchtkwaliteit en te streven naar het behalen van de WHO-advieswaarden. De maatregelen uit het Actieplan Schoon Vervoer (Mobiliteit) dragen ook bij aan het verbeteren van de luchtkwaliteit.