Prestatiedoelstelling
Basisvoorzieningen zijn georganiseerd en initiatieven worden ondersteund
Een sterke sociale basis vraagt om sterke voorzieningen in de sociale basis en goede samenwerking tussen de betrokken formele en informele partners die in het dagelijks leven een bijdrage leveren aan het opgroeien van kinderen. We hebben verder gewerkt aan het versterken van basisvoorzieningen om ze, waar nodig, beter toegankelijk te maken voor kinderen en jongeren met een beperking, psychische of gedragsproblematiek. Een concreet voorbeeld is de voortzetting van de Pilot BSO plus. De Pilot is uitgebreid met een extra locatie en een extra groep binnen de locatie in Vleuten. De BSO plus is bekender geworden in de stad, evenals de doelgroep voor wie de BSO plus bedoeld is. Door deze bekendheid constateren we dat ouders en kinderen beter bereikt worden.
In 2018 hebben we, mede als gevolg van de groei van de stad en groeiende aanspraak op de voorzieningen, extra geïnvesteerd in de sociaal makelorganisaties en het jongerenwerk. Deze investering gaf de ruimte om meer kinderen en jongeren te bereiken. Daarnaast is geïnvesteerd op de samenwerking rondom de doelgroep 10 tot 14; in Overvecht is de reguliere inzet op deze doelgroep uitgebreid. De groep jonge tieners is daardoor steeds beter in beeld waardoor er meer preventieve inzet mogelijk is voor deze jongeren. Voor het jongerenwerk heeft de inzet en investering geleid tot een hoger aantal jongeren dat is bereikt. Mede met middelen vanuit het programma Utrecht Zijn We Samen heeft het jongerenwerk meer meiden bereikt via het meidenwerk en waren er meer uren schooljongerenwerk. Er is gestart met de werkplaats ‘Jongerenwerk op school’ om zo meer inzicht te krijgen in de werkzame factoren bij het schooljongerenwerk. In 2018 zijn we gestart met het schrijven van de nota van uitgangspunten voor de nieuwe subsidieperiode vanaf 2020. Belangrijke input voor deze nota is opgehaald bij jongeren en partners uit de stad.
In 2018 blijven hebben we geïnvesteerd in levendige buurten en wijken, met oog voor het pedagogisch
klimaat. Afgelopen jaar zijn hebben we met name ingezet op het thema vreedzaam opvoeden en opgroeien door de hele stad. Daarnaast is er in 2018, als vervolg op de ervaring van vreedzaam 2.0 (het betrekken van ouders en bewoners) in drie wijken een impuls gestart: Hoograven, Noordwest en Overvecht. In Overvecht zijn meer professionals en ouders getraind in de Vreedzame methode. Daarnaast is er een extra impuls gegeven aan de doorontwikkeling van de kinderraad in Overvecht. Door de stem van kinderen beter door te laten klinken in de wijk, zijn kinderen en hun ouders beter betrokken en gemotiveerd voor Overvecht. In Hoograven hebben we vooral ingezet op de actievere rol van scholen in het betrekken van ouders bij Vreedzaam. Dit begon bij het structureel verstrekken van informatie (wat leren de kinderen), het organiseren van informatiebijeenkomsten en verzorgen van trainingen voor ouders. In Noordwest zijn er naast de oudertrainingen ook 32 wijkmediatoren getraind. Zij werden op diverse momenten en plekken onder begeleiding ingezet. Een flink aantal ouderinitiatieven in deze wijken stonden en staan nog in de kinderschoenen; dit vroeg en vraagt nadrukkelijke opvolging en doorontwikkeling.
In september is een landelijke conferentie georganiseerd in het kader van Utrecht 10 jaar Vreedzaam waarin vraagstukken die zich in Utrecht (en landelijk) aandienen, besproken zijn. Bij deze bijeenkomst waren 350-400 professionals en ouders uit Utrecht aanwezig.
Ook de politie heeft in 2018 de aandacht voor Vreedzaam geïntensiveerd: twee teams wijkagenten zijn getraind, de werkwijze is duurzaam verankerd in de beleidsdocumenten en er zijn twee nieuwe wijkagenten in opleiding voor trainer Vreedzaam.
Binnen de wijkacademies is het gelukt met ouders uit de wijk samen na te denken over wat er op
het gebied van opvoeden en opgroeien in de wijk nodig is. In Leidsche Rijn is een netwerk van moeders ontstaan dat zich richt op het versterken van onderling contact en voorkomen van eenzaamheid, en in Hoograven hebben vaders een avond georganiseerd over het omgaan met (ervaren) overlast-gevend gedrag van jongeren.
Op de speeltuinen De Albatros en De Balije in Vleuten-De Meern is er een succesvol traject tot verzelfstandiging doorlopen, waardoor het aantal verzelfstandigde speeltuinen op tien komt per 2019. De acht speeltuinen die al vanaf begin 2018 verzelfstandigd waren ontwikkelen zich steeds meer tot bruisende speeltuinen met veel betrokkenheid vanuit de buurt. De overige negen speeltuinen doorlopen ieder het proces op eigen tempo. Op sommige daarvan zijn er bewonersinitiatieven ondersteund die voorbereidingen hebben getroffen om gebruik te maken van het recht op verzelfstandiging. In najaar 2018 is de nieuwe verzelfstandigde speeltuin de Hoef in Leidsche Rijn in gebruik genomen, waarvan de formele opening in het eerste kwartaal van 2019 zal plaatsvinden.
In 2018 is een kwartiermaker gestart met een verkenning naar hoe een groepsgerichte aanpak een goede positie kan krijgen binnen het Utrechtse zorglandschap. Van professionals in wijken en buurten hoorden we behoefte is aan ondersteuning bij opvoed- en ontwikkelingsvragen van ouders, zoals rondom driftbuien bij peuters en social media gebruik bij pubers, maar ook rondom begeleiding en ondersteuning bij complexe echtscheidingen. We constateerden dat er winst te behalen valt op het uitbreiden van de individuele ondersteuning (onder andere geboden door het buurtteam) met een meer groepsgerichte aanpak. We geloven dat we hiermee niet alleen zorgen voor tijdig beschikbare hulp, maar ook inzetten op de ondersteuning van ouders en kinderen naar elkaar. Interactie en gelijkwaardigheid in een groep, herkenning en steun bij anderen helpen daarbij.
In Utrecht hebben we een heleboel organisaties die zich inzetten voor vrijwillige inzet bij hulp- en ondersteuningsvragen en georganiseerde ondersteuning van (jonge) mantelzorgers. Om het proces van subsidie aanvragen te vereenvoudigen en transparanter te maken, hebben we met team Meedoen naar Vermogen de beleidsregel Informele Zorg opgesteld. Naast het opstellen van de beleidsregel hebben we in 2018 extra geïnvesteerd in de informele zorg. Hierdoor konden meer partners een aanvraag doen of hebben we huidige partners extra kunnen inzetten. Een concreet voorbeeld is de extra inzet op koppelingen tussen steungezinnen en vraaggezinnen. Dit zijn gezinnen die uit balans zijn of dreigen te raken en door de ondersteuning van een steungezin op adem kunnen komen. Verder hebben we samen met partners de ondersteuning van Jonge Mantelzorgers meer op de kaart gezet. Jonge Mantelzorgers zijn kinderen en jongeren onder de 18 waarbij in het gezin sprake is van psychische en/of lichamelijke problematiek. We zijn eveneens gestart met een project ervaringsmaatjes voor jonge mantelzorgers. Daarnaast is gestart met het overleg ‘Aandacht voor Jonge Mantelzorgers’. Hieraan nemen formele en informele partners deel, zoals Jellinenek, Buurtteam Lokalis, Handjehelpen, Steunpunt Mantelzorg Utrecht, JGZ, JoU en Dock). De redactieraad van Mantelzorg Utrecht is uitgebreid met drie jonge mantelzorgers.